Osrodek Teatralny Kana Szczecin

woensdag 9 september 2020

van Kapellen naar Antwerpen naar Brussel naar Keulen naar Berlijn naar Sczeccin naar Potsdam en terug ter gelegenheid van een goede gelegenheid  

Zestien jaar geleden maakte ik met mijn vader en mijn beste vriend een toneelvoorstelling waarmee we drie jaar lang naar alle hoeken van Europa vlogen. De voorstelling heette Wewilllivestorm want groots en meeslepend wilde ik leven. ‘Dat waren nog eens tijden’, zegt mijn vader elke keer, en weer vertelt hij moeder over lange nachten, hotelkamers, altijd pasta en plezier.
Vanavond sta ik terug op het podium waar ons epos aanvang nam: Osrodek Teatralny Kana in Szczecin waar 65 stoelen stonden waarop 175 toeschouwers zaten.
En ik moet denken aan Danny Ronaldo die mij een foto toont van een clown in de piste van een uitverkochte tent. ‘Dat was heel speciaal’ zei hij, wijzend op de mensen rondomrond. Ze zaten dicht naast elkaar, ‘dat waren nog eens tijden’.
Maar vanavond is het anders en iedereen weet waarom.
Enkel middenin het gevecht, leer je hoe je moet vechten en dat is wat ik doe. Oefenen, in buigzaamheid, aanpassingsvermogen.

Ik ben alleen op weg, met de trein ditmaal. Ik draag vier sportzakken vol met nieuwe werkjes en drie paar extra sokken. De voorstelling bestaat nog niet, de naam nog niet gekozen. Wel is er het weerzien, hartelijk, iedereen wil handen schudden en omhelzen.
Mijn werkjes zijn te klein om aan een uiteengejaagd publiek te tonen, waarop de baas van het theater een vriend belt met een camera, een andere vriend met een snoer en een projector, en nog geen twee uur later sta ik sportzakken uit te laden, verzin een begin, een vervolg, een midden. Tijdens de pauze (iedereen moet blijven zitten) pers ik twee citroenen in een glas, drink het leeg en probeer te lachen. Bij het einde toon ik het eerste doosje dat ik maakte voor deze hele onderneming (waarvan mijn tocht naar Szczecin en morgen naar Potsdam slechts uitstapjes zijn want vanaf volgende week neem ik de sportzakken mee op een wereldtournee doorheen mijn eigen stad).

Een klein doosje met daarin een klein brilletje, uit ijzerdraad geplooid. Toen ik het brilletje op straat vond, schoot me te binnen: de bril van Harry Potter. En meteen daarna het voorwoord bij een boek theatergeschiedenis op school: …Fernando Pessoa’s laatste woorden: ‘Geef me mijn bril’, daarmee Goethes laatste woorden parafraserend: ‘Mehr Licht!’
Later las ik: … Goethes dokter die gehoord had: ‘Mehr nicht!’
En tenslotte de laatste zin uit het laatste boek van Harry Potter: All was well.