Nosestraat Kunstgalerie Rossaert

16 januari

Ik sta op het voetpad en drink koffie uit een kartonnen beker. Daarna ga ik met een vriend naar galerij de Rossaert. De dame die de galerij openhoudt heeft een hondje. Ze zegt β€˜U bent de man die kleine theatertjes maakt, niet? Ik kom altijd naar uw werk kijken.’ (Ik heb een klein vogeltje piep piep, als het eten krijgt wordt het wakkerder). In de galerij hangt werk van kunstenaars en clowns en als ik terug bij de dame ben met het hondje zeg ik β€˜in deze sporttas zit een werk van mij, wilt u het zien?’

Graag zegt ze de dame en later krijg ik een foto toegestuurd met dank voor die ontroerende voorstelling. (Dan wordt het vogeltje een pinguin en klopt mijn hart daar, kinderen!)